Net als veel andere mensen voel ik me regelmatig uit mijn evenwicht gebracht door de snelle veranderingen in mijn directe en minder directe omgeving. Ik heb ervaren wat het is om speelbal te zijn van onwillige organisaties die onvoldoende koers houden en dan dingen doen die opportunistisch zijn en hooguit een antwoord vormen op een vraag van gisteren. Waarom durven we die toekomst, die trouwens gisteren al begonnen is, niet onder ogen te zien? Waarom sluiten we ons af voor het onbekende, het onvoorspelbare? Waarom durven we de urgentie, die we af en toe wel voelen, geen handen en voeten te geven? Waarom durven we niet op onze krachten en kwaliteiten te vertrouwen om die veranderingen in de goede richting te geleiden?
Dit zijn vragen die ik mijzelf regelmatig stel en die ik tegenkom bij veel mensen die ik dagelijks ontmoet. Als ik even de tijd neem om ècht in contact te komen met hen – in mijn vrije tijd of in organisaties – dan bespeur ik een diepe behoefte om op zoek te gaan naar nieuwe antwoorden, maar vooral ook naar nieuwe vragen. Ik proef een behoefte om werkelijk door te dringen tot wat hen drijft en tot wat ze voor anderen kunnen betekenen.
In de samenleving èn in organisaties is sprake van veel schijnzekerheden, die teruggaan op oude tijden, maar die niet meer gelden. Crises en chaos op financieel, materieel, spiritueel en ethisch gebied tonen dat aan. Oud gedrag en oude instituties zijn versleten en maken stap voor stap plaats voor bezinning op iets waarvan we de reikwijdte niet kennen. Durven we van oude ervaringen te leren en nieuwe te omarmen? Durven we te springen? Beseffen we dat als we springen, we samen, hand in hand landen?
Iets over mijzelf. Mijn belangrijkste drivers om mijn eigen gedrag en mijn eigen omgeving te leren begrijpen zijn nieuwsgierigheid, verwondering en verbazing. Deze drie drivers vormen een goede basis voor een intensieve ontdekkingstocht met een aantal gelijkgestemde reizigers met als doel, een tipje van sluier van die nieuwe tijd op lichten. Door die voorafspiegeling zijn we beter in staat om op die toekomst voor te sorteren, dus: om de goede vragen te stellen en goede besluiten te nemen – en vooral – om daarvoor de tijd te nemen. Baas worden van onze eigen tijd, is alleen mogelijk als we kritisch durven zijn over wat de goede, houtsnijdende vragen zijn. De context die daarbij past is er één van stilte en reflectie, maar ook één van creatieve chaos, dynamiek en interactie; een balans dus van denken en tegelijkertijd doen. In zo’n setting ervaar ik een enorme energie die vrijkomt om te breken met het verleden en de toekomst met vertrouwen binnen te stappen.
Paul Misdorp heeft aan de universiteit gewerkt, is gepromoveerd, heeft leiding gegeven aan een particulier onderzoeks- en adviesbureau. Hij is daarna leidinggevende geweest van een Research en Developmentafdeling bij een grote gemeente. Verder is hij voorzitter geweest van een landelijke brancheorganisatie voor bureaus voor onderzoek en statistiek en heeft leiding gegeven aan een expertisecentrum op een hogeschool. Sinds vier jaar is hij directeur van VinNDT en is als partner verbonden aan de Van GemertGroep in Maastricht en als associé aan Zeelenberg, bureau voor Mens en Organisatie, in ’s-Hertogenbosch.